Databus

is een verzameling van datalijnen die door een processor gebruikt worden om data te benaderen. Ieder processor heeft een databus waarover hij de data kan transporteren. Het adresseren van de data gebeurt via de adresbus. De databus stelt de processor in staat om data te bewaren en in te lezen. De overdracht van de data vind bi-directioneel plaats over de databus. De busbreedte van de databus is bepalend voor de hoeveelheid data/geheugen die de processor per puls kan ontvangen of verzenden. De busbreedte is 8, 16, 32 of 64 bit. De 8 bit databus kan dus een Byte per puls benaderen. De 16 bit databus kan dus 2 Bytes per puls benaderen. De 32 bit databus kan dus 4 Bytes per puls benaderen. De 64 bit databus kan dus 8 Bytes per puls benaderen. Het aansluitschema van de Z80 processor maakt het geheel aanschouwelijk. Zo als te zien is heeft de Z80 een 16 Bit adresbus en een 8 bit brede databus. De bussnelheid wordt in MHz uitgedrukt. In het voorbeeld van de Z80 die oorspronkelijk met 2 MHz werkte was de bussnelheid ook 2 MHz en konden dus 2 Miljoen bytes per seconde worden gelezen of geschreven. Een Pentium 4 met een FSB van 533 MHz transporteert nu met een busbreedte van 64 Bit, 4264 MB (8 keer 533) per seconde.